De beste reistijd Lapland? Die is er eigenlijk niet. Zomer- of winterseizoen, in Lapland zit je altijd goed. Mei tot en met september zijn uitstekend om de ongerepte natuur te verkennen. In oktober en november vier je in Lapland de Indian Summer, maar let op: de wegen kunnen al ijzig worden. Vanaf december opent het winterseizoen, en kun je genieten van een bijzonder winteravontuur.

In het voorjaar stijgen de temperaturen gestaag en tonen wilde dieren zich steeds vaker. De natuur komt tot leven met kleurrijke flora.

De zomer in Lapland is korter dan in het zuiden, maar geeft je wel de mogelijkheid om te genieten van de lange dagen – en middernachtzon.

Richting het najaar dalen de temperaturen in Lapland snel. Desondanks kun je genieten van prachtige herfstkleuren – ook wel de Indian Summer van Lapland genoemd – en oogsten van bosbessen, vossenbessen en frambozen.

In oktober kan de eerste sneeuw al vallen in Lapland, waarmee de winter officieel begint. In het meest noordelijke deel van Lapland duurt de poolnacht ongeveer twee maanden, waar de zon gedurende deze tijd niet boven de horizon verschijnt. Hier heerst ook een extreme kou, met temperaturen van -30 graden.

Voor wie het noorderlicht in Lapland wil bewonderen, is dit mogelijk van eind augustus (al!) tot maart/april. Op heldere winteravonden kun je dit natuurwonder aanschouwen. Bijna heel Lapland is in de winter bedekt door een dik pak sneeuw. Lapland is daarmee een perfect winters sprookje.