Arctis
Expeditiecruises zijn er in het noorden van mei tot september. Maar wat ga ik dan zien tijdens deze periode?
In het voorjaar (mei-juni) begint de sneeuw te smelten, bloemen ontluiken en vormen kleurrijke tapijten in het landschap. Vogelkliffen zitten vol met broedende vogels. Kortom het landschap komt tot leven na een lange winterperiode.
In de zomer, juli-augustus, zijn de kuikens half volgroeid en als ze vroeg zijn geboren misschien al uitgevlogen. Poolvossen hebben hun jongen gekregen in het voorjaar en zijn bijna klaar met het groot brengen van hun jongen.
September is het najaar in de Arctis. De poolwilg kleurt oranje/rood en de zon gaat weer onder. De kans op noorderlicht dus! Vogels gaan weer terug naar open zee en alleen het Spitsbergensneeuwhoen en het Spitsbergenrendier blijven achter.
Ze maken zich klaar op een koude, lange, donkere winter.
Antarctica
Voor Antarctica zijn de expeditiecruises, anders dan in de Arctis, in onze winterperiode (eind oktober-maart). Op het zuidelijk halfrond is het dan namelijk zomer.
Van november tot begin december is het voorjaar op Antarctica en de Subantarctische eilanden. In oktober zijn de volwassen pinguïns aan land gekomen om te paren en om nestjes van steentjes en mos te maken. Op veel plaatsen ligt nog sneeuw en de eerste pinguïnsnelwegen komen tevoorschijn. Vanuit het water zie je sporen door het landschap waar ze heen en weer lopen. Voor de Subantarctische eilanden is het voorjaar nog een rustige periode. De pelsrobben zijn nog niet massaal naar de eilanden getrokken om de jongen te krijgen. Hoe later in het seizoen, hoe meer pelsrobben er aanwezig zijn. Een beste periode voor het zien van de Koningspinguïns is er niet. Deze pinguïns hebben een andere cyclus dan andere pinguïns. Zij krijgen om de twee jaar een jong. Dus dat betekent dat er in de reisperiode altijd jongen en volwassen dieren in de kolonie zitten.
Als het ei gelegd is, is het broedtijd en zie je Zuidpooljagers boven de kolonies vliegen op zoek naar een onbewaakt moment om een ei te stelen. Tegen kerst zijn de eieren uitgekomen en zitten de kuikens tegen de buik van de ouders. Hun donslaag is nog niet zo dik en ze hebben de warmte van de ouders nodig. Ouders lopen af en aan vanuit het water met krill en kleine visjes voor de jongen. Tegen de maand februari zijn de jongen groot geworden en raken ze hun donsveren kwijt, die worden vervangen door waterdichte veren. Ook voor de volwassen pinguïns komt er een andere tijd. Zij gaan in de rui en zijn op hun zwakst. Zodra de veren zijn vervangen gaan ze terug naar open zee om daar de winter te spenderen.
Walvissen komen in oktober/november aan op Antarctica en dan is de eerste behoefte foerageren. Ze komen namelijk uit de warmere voedselarme wateren en komen naar Antarctica om zich vol te eten en om aan te sterken. Moeders nemen hun jongen mee om ze hier groot te brengen. Over het algemeen worden er meer walvissen gezien in de periode januari-maart. Daarvoor is de prioriteit eten. Daarna worden ze nieuwsgieriger naar schepen. MAAR dat wil helemaal niet zeggen dat er geen walvissen in de beginperiode worden gezien.
Het zijn en blijven wilde dieren. Die zijn niet te voorspellen.