Neko Harbour is een kleine baai in de grotere Andvord-baai aan de westelijke zijde van het Antarctisch Schiereiland. Deze beschutte baai biedt voor diverse diersoorten een natuurlijke bescherming tegen de elementen en natuurlijke vijanden.
Zodoende is het een uitstekende regio voor veel zeevogels, pinguïns en andere zeedieren. Ook kun je hier met een beetje geluk diverse walvissoorten spotten.
Ontdekking Neko Harbour
Neko Harbour werd eind 19e eeuw ontdekt door de Belgische zeevaarder Adrien de Gerlache, maar werd uiteindelijk vernoemd naar de Schotse walvisvaardersboot Neko, die hier van 1911 tot en met 1924 actief was in de regio.
Wildlife in baai
In Neko Harbour, dat in feite geen haven is, maar een baai, is er veel wildlife te spotten. Aan de oevers verblijven veel gentoo pinguins, maar ook andere zeedieren zoals Wedell zeehonden en zeeberen. Ook brengen diverse soorten walvissen de baai regelmatig een bezoek.
Gletsjer
De gletsjer die in de baai uitkomt zorgt regelmatig voor flink wat beroering. Vrijwel continu storten kleinere en soms grotere stukken ijs zich met veel geweld in het water van de baai en daarbij kunnen ze flinke vloedgolven veroorzaken. Bij een bezoek aan de baai moet men hierop altijd bedacht zijn, want binnen een minuut kunnen de soms flinke golven het landingspunt van de baai reeds bereiken en zeker als er zojuist een flinke ijsmassa in het water is gestort, alles wegvagen.
Capitán Fliess Refuge
Aan de baai van Neko Harbour is ook een toevluchtsoord gebouwd, het Capitán Fliess Refuge. Deze barak werd in 1949 in gebruik genomen door de Argentijnse marine en diende ook als observatiestation voor pinguïns en als reddingsstation.
In 2009 raakte het toevluchtsoord zwaar beschadigd door een storm, maar in 2011 werd het weer herbouwd. Sindsdien is het een onderhouds-/reparatieplek voor wetenschappelijke onderzoeksapparatuur.
De Antarctica-reis Laatste wildernissen op aarde brengt een bezoek aan Neko Harbour.