In het verre noorden van het arctische Nunavut ligt Auyuittuq National Park. Dit park ligt op het enorme Baffin Island en in de taal van de locals, het Inuktitut, betekent de naam “land dat nooit smelt”. En inderdaad, 85% van de bodem in het park bestaat uit rots en ijs. Je zou je bijna afvragen waarom dit park bij de mooiste nationale parken van Oost-Canada behoort.

De natuur in het Auyuittuq National Park bestaat uit sprankelende watervallen van kraakhelder smeltwater, steile kliffen en gigantische gletsjers. Een groot deel van het park ligt boven de Poolcirkel en er is een landschap van extremen. Hoewel Auyuittuq jaarlijks slechts enkele honderden bezoekers ontvangt, nog geen fractie van de hoeveelheid toeristen ziet die bijvoorbeeld op Banff National Park afkomen, is het park een absolute must voor de avontuurlijke reiziger en verwende outdoorliefhebber.

Hoe kom ik in Auyuittuq National Park?

De reis naar Auyuittuq National Park vergt wel wat inspanning. Vanuit de steden Montreal, Ottawa en Whitehorse vlieg je eerst naar Iqualit in het territorium Nunavut. Vanaf daar zijn er twee mogelijkheden om bij het park te komen: je vliegt naar ofwel Pangnirtung, 28 kilometer ten zuiden van het park, ofwel Qikiqtarjuaq, op 34 kilometer ten noordoosten op een eiland voor de kust van het park.

Vanuit beide gemeenschappen kunnen lokale operators je met een boot of sneeuwmobiel meenemen het park in. In beide nederzettingen is er ook een parkkantoor waar het voor bezoekers van het park verplicht is zich te registreren.

Welke periode?

Het best kan men in de maanden juli en augustus naar het park reizen. Tijdens deze periode profiteer je van de vele zonne-uren. Bovendien zijn de temperaturen tijdens juli en augustus aangenaam, vrijwel altijd tussen de 0 en 10 graden Celsius.

Highlights in het park

Tijdens een periode van miljoenen jaren heeft het bizarre landschap van Auyuittuq National Park zich gevormd. Gedurende die periode wisselden koudere en warmere perioden elkaar af, waarbij gletsjers ontstonden en weer verdwenen. De enorme bergformaties, diepe kloven, U-vormige valleien met glaciale puin en kristalheldere watervallen. Dát is waarvoor je naar Auyuittuq Park gaat.

Op Baffin Island zijn gesteenten gevonden die maar liefst 2,8 miljard jaar oud zijn. De highlights van het park op een rijtje:

Thor Peak (Qaisualuk)

Op kilometer 27 van de Overlord Trail, in de buurt van het Thor Checkpoint, staat het baken Thor Peak. Deze rots is 1.675 meter hoog en deze granieten rotswand steekt meer dan een kilometer ononderbroken steil de lucht in.

Penny Ice Cap

De Penny Ice Cap beslaat een gebied van meer dan zesduizend vierkante kilometer. Vanuit het ijsveld steken de gletsjers soms wel 25 kilometer als tentakels de omgeving in om uit te komen in de fjorden van de kust.

Akshayuk Pass

Akshayuk Pass is een prachtige wandelroute in het park en de meeste bezoekers komen naar het park om deze wandeling te maken. De 97 kilometer lange route werd door de Inuit gebruikt om te reizen tussen Cumberland Sound en de Davis Strait. Deze corridor loopt door spectaculair berglandschap dat is uitgehouwen door de gletsjers van de laatste ijstijd.

De meeste bezoekers wandelen het zuidelijke deel van de route, van Overlord naar Summit Lake en terug. Deze route neemt al vijf tot zes dagen in beslag. De echte diehards lopen de hele route vanuit North Pangnirtung Fiord naar Overlord. Deze tocht kost acht dagen, enkele reis. Het ruigste deel van de route is tussen Thor Peak en Glacier Lake. Daarbij is het noodzakelijk diverse beken en riviertjes van smeltwater te doorsteken.

Mount Overlord (Pangniqtup Qingua)

Mount Overlord (1490 meter), ook bekend als Pangniqtup Qingua, is de majestueuze piek die staat als een boodschapper die de zuidelijke ingang van de pas bewaart. Net onder aan de voet van Overlord kunnen de getijdeverschillen wel tien meter bedragen. Dit is namelijk de plek waar de Weasel River uitkomt in Cumberland Sound.

Crater Lake (Aqulutaqrusiq)

Dit mooie groenblauwe meer ligt aan de westelijke zijde van de Weasel River. Rond het meer ligt een stuwwal van zand en grind die ooit is veroorzaakt door een gletsjer die zich heeft teruggetrokken. De stuwwal zorgt tegenwoordig dat het prachtige door sediment gekleurde meer niet leegloop.

Schwartzenbach Falls (Qulitasaniakvik)

Deze witte waterval stort zich ten westen van de Weasel River zo’n 660 meter naar beneden langs een steile berghelling.

Mount Asgard (Sivanitirutinguak)

Mount Asgard bestaat uit twee cilindrisch gevormde bergtoppen en is 2.015 meter hoog.